Maar volgens de rekenmethode van armoede die het CBS, SCP en Nibud sinds oktober 2024 hanteren, hoort een huisdier zoals Jip niet bij wat mensen minimaal nodig hebben. Dus gaan de kosten voor het hondenvoer ten koste van andere noodzakelijke uitgaven. En dat roept een ongemakkelijke vraag op: wat vinden wij essentieel voor een waardig bestaan?
Pas als we anders durven kijken, kunnen we armoede echt oplossen
Het probleem van de huidige praktijk van armoedebeleid? Het idee dat armoede je eigen schuld is. En het individu dus ook de oplossing. Mensen in armoede krijgen goedbedoelde maar schrijnende adviezen: ‘Zoek een baan.’ ‘Leer beter met geld omgaan.’ ‘Doe je hond weg’. Maar zolang we armoede blijven zien als persoonlijk falen, blijven we blind voor de werkelijke oorzaak: een maatschappij die mensen in armoede wantrouwt, controleert en klein houdt. Het is het resultaat van politieke keuzes en structurele ongelijkheid.

In 2023 leefden 540.000 huishoudens onder de armoedegrens, onder wie 115.000 kinderen. Nog eens 1,2 miljoen bungelen daar nét boven. Een scheiding, ziekte, één fout in een aanvraagformulier, kan genoeg zijn om door het financiële ijs te zakken. Ruim 40% van de mensen onder die armoedegrens werkt, maar verdient te weinig om rond te komen. En bijna 750.000 huishoudens kampen met problematische schulden.
Als je het over zulke getallen hebt, kan je niet stellen dat armoede individueel falen is. Daarom moeten we de blik verschuiven van de mensen naar het armoedebeleid. Daar liggen de echte problemen én de oplossingen.
Wat is er nodig?
Jip is geen overbodige luxe! Net zo min als rust, gezondheid of vertrouwen in de toekomst dat zijn. Het is tijd voor politieke moed en om het systeem aan te passen aan de mens – niet andersom: