CBS: stijging dakloze mensen tot stilstand gekomen, wat betekenen deze cijfers?

Afgelopen donderdag maakte het CBS bekend dat op 1 januari 2020 Nederland naar schatting ruim 36 duizend dakloze mensen telde. Dit is een daling van 3 duizend ten opzichte van 2018. Goed nieuws, want hiermee lijkt de almaar stijgende trend (in 2009 waren er 17.000 mensen dakloos) gebroken. Maar de getallen hebben context nodig, vooral als het om dakloosheid gaat. Projectadviseur Willem van Sermondt doet een poging om de cijfers te duiden.

Het goede nieuws

Tussen januari 2018 en 2020 is het aantal dakloze mensen volgens de definitie van het CBS gedaald. De bevindingen van het CBS vind je in dit artikel. Vooral het aantal dakloze jongeren (18-27 jaar) is gedaald tussen 2016 en 2020, van 10.700 naar 8.500. Op beide momenten is dezelfde meting met dezelfde definitie van dakloosheid uitgevoerd, een daling is dus goed nieuws.

Naast het goede nieuws voor mensen in deze groep, zijn er echter belangrijke kanttekeningen te plaatsen bij de cijfers. Ik noem de drie belangrijkste.

  1. Nauwe definitie, wie ziet het CBS niet?
    Het CBS hanteert een nauwe definitie van dakloosheid. Het aantal mensen zonder verblijfsvergunning en ook dakloze gezinnen worden niet meegerekend in de cijfers. Vorige week maakte het AD in een artikel bekend dat in 2020 alleen in Den Haag al 421 gezinnen zich hebben gemeld bij het daklozenloket. Daarnaast gaat het in de definitie om mensen van 18 tot 65 jaar; er zijn natuurlijk ook mensen jonger dan 18 of ouder dan 65 die dakloos zijn.  
  2. Dakloosheid, moeilijk zichtbaar
    Het CBS kijkt naar het aantal mensen op straat, in de nachtopvang en noodopvang en ook naar mensen die geen eigen briefadres hebben. Bijvoorbeeld omdat ze tijdelijk bij vrienden slapen. Met name deze laatste groep is heel moeilijk in kaart te brengen. Vooral in de eerste fase van dakloos raken, lukt het veel mensen een beroep te doen op hun netwerk. Je leeft niet op straat, maar bent wel degelijk dakloos. Wanneer je geen stabiele woonplek hebt, staat je leven stil. In Deventer dacht men lange tijd dat er ongeveer 10 jongeren zo’n zwervend bestaan hadden, maar De Stentor schrijft in dit artikel dat het na onderzoek bleek te gaan om 61 jongeren. Keer op keer blijkt dat het verzamelen van cijfers over dakloosheid lastiger is dan gedacht. En keer op keer blijkt dat bij gericht onderzoek het aantal veel hoger is dan aangenomen werd.
  3. Coronajaar 2020
    De laatste cijfers van het CBS zijn van 1 januari 2020, pre-corona dus. Het is zeer aannemelijk dat het aantal dakloze mensen het afgelopen jaar is toegenomen.
    Zo signaleert Valente in dit nieuwsbericht op hun website een stijging van mensen die een beroep doen op de opvang. De noodopvang voor corona bracht veel meer mensen in beeld zo hoor ik van opvangorganisaties en inloophuizen. Tegelijkertijd kregen veel mensen weer wat stabiliteit in hun leven door de rust van de opvang in een hotel, zoals te lezen in dit artikel van Trouw. Hoe de huidige CBS cijfers na een jaar corona eruit zien, horen we volgend jaar.  

Deze kanttekeningen plaatsen de gestelde daling van het aantal daklozen in Nederland in een ander perspectief. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat de afname binnen de CBS definitie (deels) te niet wordt gedaan door een stijging van het aantal daklozen dat buiten deze definitie valt, bijvoorbeeld dakloze gezinnen. Dit neemt niet weg dat de daling voor de mensen in de CBS groep goed nieuws is. Het feit dat vele maatschappelijke organisaties en de overheid zich hebben ingezet voor de trendbreuk verdient een compliment. Wat mij betreft is dit het begin, want een veel hardere daling is noodzakelijk.

Keer op keer blijkt dat het verzamelen van cijfers over dakloosheid lastiger is dan gedacht. En keer op keer blijkt dat bij gericht onderzoek het aantal veel hoger is dan aangenomen werd.

Willem van Sermondt projectadviseur Kansfonds

Cijfers en gedoe over cijfers

Direct op donderdag ontstond discussie over de betekenis van de dakloosheid cijfers. Politici wezen vooral op het goede nieuws van de daling. Experts als Cody Hochstenbach, Jan de Vries en Rina Beers benadrukten de kanttekeningen. Het deed mij denken aan een opmerking van Catelijne Akkermans (oprichter Sociaal Kabaal) dat we in Nederland teveel bezig zijn met cijfers, in plaats van het werken aan structurele oplossingen gericht op bestaanszekerheid. Ook ik maak mij nu schuldig aan de focus op cijfers. Tegelijkertijd is een zo volledig mogelijke monitoring een noodzakelijke basis om beleid te kunnen voeren.

Een voorbeeld, Caro van 17

Deze content is alleen beschikbaar als de marketing cookies zijn geaccepteerd.

Met ‘Alle jongeren een thuis’ richt Kansfonds zich op dak- en thuisloze jongeren. De daling van dakloosheid onder jongeren tussen de 18 en 27 jaar is dan ook een opsteker. Maar Caro uit het filmpje hierboven, zit dus niet in deze cijfers, en hetzelfde geldt voor de vele jongeren die net iets ouder zijn dan 27. Terwijl we hen juist veel tegenkomen bij de projecten van onze projectpartners. Ik ben er dan ook van overtuigd dat het werkelijke aantal jongeren zonder een stabiel thuis vele malen hoger is dan 8.500.

Mijn conclusie?  Laten we deze cijfers zien als een graadmeter en het als een opsteker zien als ze dalen. Maar laten we de noodzaak om iedereen een stabiel thuis te bieden niet uit het oog verliezen. Daar zou onze gezamenlijke inzet op gericht moeten zijn.

Kansfonds zet zich in om dak- en thuisloosheid tegen te gaan. Hierbij is er speciaal aandacht voor dak- en thuisloosheid onder jongeren. Dit doen we met ons programma Alle Jongeren een Thuis. Je leest er alles over op de programmapagina.

Ga naar de programmapagina