‘Het ongeluk van Chris veranderde ons leven. Hij werkte in de gevangenis, draaide overuren en is toen in zijn vermoeidheid tegen een mast aangelopen, buiten op het terrein. Binnen dachten ze dat er een auto tegenaan zat. Zo hard was de klap. Chris bleek hersenletsel te hebben. Hij heeft sindsdien 24 uur per dag hoofdpijn, hij kan zich niet concentreren.
Ik was gastouder, ik paste op de kinderen van twee gezinnen. Dat heb ik moeten opgeven om voor mijn eigen kinderen te zorgen. En voor Chris. Ik kan ze niet alleen laten met elkaar. Onze jongste dochter heeft ADD. En hij is snel overprikkeld. Dat gaat niet goed samen. Bovendien vergeet Chris van alles. Ook dat er een pan op het vuur staat.
We leven van 70 euro in de week. Daar moeten we alles van kopen: eten, tandpasta, maandverband, wc-papier – de hele santenkraam. Maar ook het uitje van de school moeten we ervan betalen. Het is maar een tientje – zegt de school dan. Maal twee, denk ik dan, met mijn twee meiden. Dan hebben we die week dus maar 50 euro. Dat is een hele uitdaging om van rond te komen.
Armoede leert je om respect te hebben voor alles. Voor spullen, voor dieren, voor mensen. Armoede doet iets met je, maar rijkdom net zo goed. Voldoet iets niet meer of is het bijna kapot? Weg ermee. Wij houden alles bij ons wat nog bruikbaar kan zijn. En wat kapotgaat, repareren we. Je moest eens weten wat je met paperclips allemaal aan elkaar kunt vastmaken. Je wordt enorm creatief in het bedenken van oplossingen. Ik vind veel al snel zonde van het geld, dat zit gewoon in me. Al zou ik ruim in mijn geld zitten, dan zou ik nog naar de Zeeman gaan.
De zorgen. Daar zou ik wel vanaf willen. Ik probeer ze niet te hebben. Die meiden en hun welzijn, dat raakt me het meest. Ze worden gepest op school. ‘Jullie zijn arm hè? Jij hebt altijd tweedehands kleren aan. Jij hebt stomme schoenen.’ Dat doet zeer. Ik voel hun pijn, maar ook de mijne. We kunnen er gewoon heel weinig aan doen dat de situatie is zoals die is. Het is ook het besef dat elke tegenslag, hoe klein ook, grote invloed zal hebben op ons leven. Zo moet de jongste met haar bril eigenlijk weer naar de oogarts. Ik stel het even uit, tot het moment dat ze weer in aanmerking komt voor een vergoeding.