Gebrek aan stabiele woonplek
1. Dakloosheid wordt erkend als vooral een gebrek aan een stabiele woonplek, dat is nieuw en is een verandering in denken. Het blijft onduidelijk hoeveel woonplekken er voor (dreigend) dak- en thuisloze mensen bij gaan komen.
Dakloosheid is in de kern een gebrek aan een eigen stabiele woonplek. Hoewel er bij dak- en thuisloosheid vaak ook andere problemen spelen, is het primair een woonvraagstuk. Zonder het realiseren van stabiele huisvesting los je dakloosheid niet op. Het plan stelt: “Want uit onderzoek en ervaring blijkt dat juist een eigen thuis het beste startpunt is voor het werken aan herstel en het opbouwen van een (nieuwe) toekomst.” Waar dakloosheid nog vaak gezien wordt als een zorgprobleem richt dit plan zich nadrukkelijk op wonen. Het is gek genoeg nieuw dat het Ministerie van Binnenlandse Zaken, dat over wonen gaat, zo betrokken is bij het maken van een aanpak tegen dakloosheid. In het plan wordt verwezen naar plannen van minister De Jonge voor meer sociale woningen, ook voor aandachtsgroepen zoals dakloze mensen. Daarnaast wordt ingezet op meer aandacht voor dakloze mensen bij het maken van prestatieafspraken en op voorkomen van het verliezen van je woning. Dat is belangrijk. Het grote probleem bij alle woonplannen is wel dat verdere uitwerking nog moet volgen. Er is geen streefcijfer of sturing voor het aantal woonplekken voor (dreigend) dakloze mensen richting gemeenten. Daarmee is er geen garantie dat er werkelijk meer woonplekken worden gerealiseerd voor (dreigend) dak- en thuisloze mensen.
Wonen eerst
2. Wonen Eerst, in plaats van opvang. Dat is een paradigmaverschuiving. Een grote stap richting Housing First, maar deze stap wordt voorzichtig gezet.
Het plan stelt dat het managen van dakloosheid aan de achterkant in de toekomst verleden tijd moet zijn. “Velen zijn gewend geraakt aan de maatschappelijke opvang als een tijdelijke, maar logische noodoplossing. Maar we moeten nu stevig de omslag maken naar preventie en ‘eerst een woning, dan herstel’.” In het plan wordt gekeken naar wereldwijd de meest succesvolle aanpak van dakloosheid: Housing First. Hierbij is het startpunt een stabiele woonplek die van jezelf is. Wonen is immers een mensenrecht, en niet iets dat je eerst moet verdienen. Andere belangrijke uitgangspunten van Housing First zijn onder andere: eigen keuze en regie, het scheiden van wonen en zorg en hersteloriëntatie. Tijdens het lezen van de plannen komen deze Housing First uitgangspunten meermaals naar voren. Er wordt duidelijk geflirt met het succes van Finland dat al jaren terug besloot Housing First als systeemaanpak in te zetten.
Bij nadere lezing is echter te zien dat gekozen wordt voor een minder rigoureuze variant. Wonen Eerst is een afgezwakte vorm van Housing First. Dit blijkt bijvoorbeeld bij de uitwerking: “Er wordt kortom gewerkt aan een breed palet van zo-thuis-mogelijke oplossingen die aansluiten bij de behoefte van verschillende behoeften van doelgroepen. Naast extra woningen wordt ingezet op gemengd wonen, wooncirkels, kleinschalige BW-voorzieningen, skaeve huuse, en alternatieve woonvormen”. Nu kan in bovenstaande voorzieningen voor een groot deel voldaan worden aan de Housing First uitgangspunten, maar dat is nu lang niet altijd het geval. Waar we begonnen in het plan met stabiele huisvesting, zijn we terecht gekomen bij ‘zo-thuis-mogelijke oplossingen’.
Gemiste kans
Nu vraagt een paradigmaverschuiving – een hele andere manier van denken en doen – tijd. Het vraagt van iedereen in het veld om de oude vertrouwde manier van werken los te laten. Hoewel in het plan gesteld wordt dat er rigoureuze keuzes gemaakt moeten worden, worden die keuzes nog niet gemaakt. Het is een gemiste kans dat er vanuit het Rijk geen enkele vorm van sturing is om zoveel mogelijk te voldoen aan de Housing First (of Wonen Eerst) uitgangspunten.
Het actieplan van bijna 50 pagina’s bevat tal van kleinere plannen en ambities. Een paar opvallende punten:
- ETHOS Light wordt de nieuwe definitie van dak- en thuisloosheid in Nederland. Dit is een bredere definitie dan de huidige en doet meer recht aan de realiteit. Bijvoorbeeld door oog te hebben voor precaire leefsituaties van zogenaamde bankslapers.