Waarom ‘geven uit vertrouwen’ fondsen succesvoller maakt

Zo’n 90 procent van alle fondsen financiert vooral losse projecten. Maar het levert juist legio kansen op om als fonds ook ongeoormerkt geld te geven, stelt Eline Crins. Zij is hoofd programma’s bij Kansfonds dat die financieringsstrategie al langere tijd inzet.

Lange tijd leek Kansfonds qua financiering op veel andere fondsen. Elk jaar kwamen er honderden aanvragen binnen voor projecten. Die werden dan ter beoordeling langs de lat met criteria gelegd. Totdat het fonds een verandertheorie ontwikkelde die de impact van investeringen in kaart helpt brengen. ‘Er bleken veel projectaanvragen in onze portefeuille te zitten die elk jaar weer terugkwamen. Vooral van inloophuizen voor dak- en thuisloze mensen. Op allerlei manieren probeerden de inloophuizen hun dagelijkse werk in een projectaanvraag te gieten om hun kosten te dekken. Zo dienden zij bijvoorbeeld aanvragen in voor kookprojecten om hun doelgroep van maaltijden te kunnen voorzien. Maar het was duidelijk dat ze zo eigenlijk hun basisaanbod wilden bekostigen.’

Dat voelde niet prettig. Blijkbaar pasten de projectaanvragen van inloophuizen niet bij de financieringsstrategie van het fonds. Kansfonds had kunnen besluiten om daarom te stoppen met het ondersteunen van de inloophuizen. Toch gebeurde dat niet. Integendeel. ‘Het was echt geen optie. Hun werk sluit namelijk perfect aan bij onze missie. Bovendien is de nood er hoog en is geld vinden niet gemakkelijk. Veel financiering is gekoppeld aan snel en meetbaar resultaat behalen, zoals het aantal mensen dat je aan het werk krijgt. Maar dergelijke financiering past niet bij inloophuizen. Hun doel is: mensen in kwetsbare situaties een plek bieden waar ze onvoorwaardelijk welkom zijn.’

Zinvoller en leuker

Kansfonds nam een bijzonder besluit: het paste zijn financieringsstrategie aan. ‘Eerst zijn we ons gaan verdiepen in de wereld van de inloophuizen. We ontdekten dat achter de financiële nood allerlei andere problemen schuilgaan. Zoals niet stabiele besturen. Een afnemend aantal vrijwilligers. Toenemende problematiek van de bezoekers waardoor de druk op inloophuizen nog groter wordt.’ Dat leidde tot het besluit om de exploitatiekosten te financieren. Maar dat niet alleen. Het fonds zette met de inloophuizen ook gelijk een capaciteitsversterkend programma op om aan de onderliggende problemen te werken. Dat alles vindt plaats onder de noemer Fonds Franciscus. Tot op de dag van vandaag.

‘Wat we zien is dat je juist met rust en ruimte deze organisaties helpt. Daardoor kunnen zij hun werk beter doen, wat weer bijdraagt aan ónze missie. Daarnaast wordt ons werk er ook zinvoller en leuker op. De aanvraag- en rapporteerdruk is zo een stuk minder, waardoor je meer tijd overhoudt. Die kun je investeren in je relatie met de organisaties. Het mooie is: omdat vertrouwen de basis is, durven zij zich meer uit te spreken over wat er speelt, wat er nodig is en wat er beter kan.’

Onvoldoende match

Hoe kan het dat fondsen ondanks al die voordelen vaak nog vasthouden aan projectfinanciering? Crins: ‘Projectfinanciering geeft je het gevoel van grip. Het is gewoon fijn dat je over de output van een project iets kan zeggen. Maar dat vertelt nog niks over de ímpact die je maakt. Als fonds ben je met grote issues in de samenleving bezig. Die zijn niet in projecten te vangen. Er is dus eigenlijk onvoldoende match tussen je grotere doel en je geefstrategie. Bovendien houden we met projectfinanciering organisaties onbedoeld klein. Doordat ze alleen geld krijgen voor activiteiten die gericht zijn op hun doelgroep, krijgen ze nooit de rust en tijd om hun organisatie te versterken. Bijvoorbeeld om hun positie te verstevigen of hun medewerkers te scholen. Je holt ze als het ware onbedoeld uit.’

Even wennen

Crins begrijpt dat er fondsen zijn die aarzeling hebben voor filantropie vanuit vertrouwen. Het vraagt immers om een andere manier van kijken en doen. Hoe zat dat bij Kansfonds? ‘Eigenlijk waren er nauwelijks hindernissen. Het was even wennen voor de adviseurs omdat zij de projecten altijd beoordeelden volgens een vast format. Nu werd er iets anders van ze gevraagd. Maar omdat we ze in het denken vroegtijdig meenamen, was het draagvlak groot. Ook bleek dat we aanvragen voor ongeoormerkte financiering niet door ons administratieve systeem konden loodsen. Dat hebben we simpelweg opgelost door bij vragen die niet van toepassing zijn, een kruisje te zetten. Het bestaande informatiesysteem van je fonds hoeft dus niet gelijk op de schop.’

Wat zijn haar tips om een begin te maken met filantropie vanuit vertrouwen? ‘Kijk eens naar de organisaties die je al heel lang steunt met projectfinanciering. Sluit die projectfinanciering nog wel aan of zit er een reden achter dat ze steeds terugkomen? Misschien zijn dat organisaties waarmee je een meerjarige, vrij besteedbare financiering eens kan uitproberen. Omdat je ze al kent gaat dat ook makkelijker. Ga vooral ook binnen je fonds met elkaar in gesprek. Waar is het je als fonds om te doen, welke organisaties kunnen daaraan bijdragen en welke financieringsvorm past daarbij? Zoek naar de match.’

Het goede doen

Het besef groeit dat er iets moet veranderen om als fonds het verschil te maken. De belangstelling voor filantropie vanuit vertrouwen neemt dan ook toe, merkt Crins. Inmiddels wordt daarnaar onderzoek gedaan door het Center for Grantmaking Research van het Centrum voor Filantropie van de Vrije Universiteit met geld van de Nationale Postcode Loterij. Crins is daaraan verbonden als research fellow. ‘Er valt al veel te lezen over hoe je de eerste stappen kunt zetten. Maar het meeste leer je van elkaar. Fondsen hebben elkaar ook nodig om langere tijd ongeoormerkt te financieren. Zoiets kun je vaak niet alleen doen, gezien de investering en de tijdspanne. Wij kunnen nooit zonder hulp van andere fondsen de inloophuizen verstevigen. En zij ook niet zonder ons. Zo helpen fondsen ook elkaars missie vervullen en leren we voortdurend het goede te doen. Vanuit vertrouwen.’

Tekst: Cecile Vossen

Kansfonds en vertrouwen

Kansfonds werkt vanuit vertrouwen, samen met andere fondsen. Een paar voorbeelden:

  • Gewoon geld geven aan mensen in armoede, omdat zij het beste weten wat ze nodig hebben.
  • Kleine schulden afkopen van mensen, zonder allerlei voorwaarden.
  • Steun aan collectieve belangenbehartigers die druk uitoefenen op maatschappelijke oplossingen.
  • Organisaties voor mensen zonder geldige verblijfspapieren gezamenlijk laten beslissen waaraan het ongeoormerkte geld besteed moet worden (participatory grantmaking).

Folder voor fondsen

Wil je meer weten over filantropie vanuit vertrouwen? Bekijk dan de folder voor fondsen met cijfers, effecten en tips, inclusief de mogelijke hobbels en hoe die te overkomen zijn.

Bekijk de folder

Van gedachten wisselen over dit onderwerp?

Neem dan contact op met Eline Crins.