Kansfonds wil afrekenen met armoede in Nederland. Wat duidelijk wordt uit onderzoeken zoals die van de Commissie Sociaal Minimum: mensen hebben te weinig geld om van te leven, het systeem is te complex en de bejegening van mensen in armoede gaat uit van wantrouwen. Als je de ambitie hebt om dit maatschappelijk vraagstuk te veranderen, betekent dat dat je bestaande structuren en denkbeelden moet doorbreken. Dat gaat niet van de ene op de andere dag, maar vraagt een lange adem en een andere kijk op het vraagstuk. Dat doen we met Gewoon geld geven.
Onderzoek uniek voor Nederland
Bij Gewoon geld geven ontvangen gezinnen met een bijstandsuitkering twee jaar lang maandelijks 150 euro extra, zonder dat daar voorwaarden aan zijn verbonden. Daar zijn we onlangs mee gestart in Zaanstad, later dit jaar volgen Amsterdam en Tilburg. De Hogeschool van Amsterdam onderzoekt de effecten van ‘gewoon geld geven’ op de gezondheid en het geluk van gezinnen.
Ervaringen in ontwikkelingslanden, maar ook in westerse landen zoals de VS en Canada , laten zien dat het geven van geld met een onvoorwaardelijk karakter positieve effecten heeft. Mensen ervaren daardoor minder mentale problemen en minder gezondheidsklachten. Ook verhoogt het de kans op het vinden van een fulltimebaan. In Nederland is nooit onderzocht of deze effecten ook optreden bij mensen die hier moeten rondkomen van weinig geld. Omdat het Nederlandse armoedebeleid verschilt van dat van andere landen, kunnen eerdere resultaten niet vanzelfsprekend worden vertaald naar de Nederlandse context.
Zorgvuldig onderzoek
Onze onderzoeksopzet is zorgvuldig afgewogen en goedgekeurd door de wetenschappelijke ethische commissie van de Hogeschool van Amsterdam. Deelnemers aan het onderzoek ontvangen een vergoeding voor deelname en kunnen stoppen met deelname als ze toch niet meer willen meedoen. Een groep deelnemers ontvangt twee jaar lang een maandelijkse gift van 150 euro. De andere groep niet. Die vergelijkingsgroep is noodzakelijk om te kunnen concluderen welke verandering toe te wijzen is aan het extra geld. Als er in de twee jaar tijd omgevingsfactoren veranderen, zoals een beleidsaanpassing in de bijstandsuitkering, veranderen die namelijk voor de hele groep. Het betrekken van twee groepen zorgt voor goed onderbouwde onderzoeksresultaten van het effect van de gift.
In alle stappen werken we samen met mensen die in armoede leven of geleefd hebben. Ervaring die we opdeden in het vooronderzoek, laat zien dat mensen bewust mee willen blijven doen – ook als ze in de vergelijkingsgroep zitten. Niet alleen vanwege de vergoeding voor deelname, maar ook omdat ze het van belang vinden dat hun stem gehoord wordt.
Radicaal andere aanpak van armoede
Ons onderzoek laat zien of het extra geld voor verandering zorgt in iemands leven, en zo ja, hoe, via welke mechanismen. Heeft het hebben van iets meer geld invloed op tijd en aandacht voor de kinderen? Vertalen effecten op de mentale gezondheid zich inderdaad naar de fysieke gezondheid? Door te kijken hoe het echt met iemand gaat, en niet enkel naar maten zoals arbeidsparticipatie, ontstaat een vollediger beeld van hoe een beleidsaanpassing, zoals meer inkomen, het leven van mensen in armoede kan beïnvloeden. Alleen zo kunnen we uiteindelijk de beleidstaal die zo vaak gaat over economische uitkomsten – stroomt iemand uit naar werk of stijgt iemands inkomen boven een armoedegrens – verbreden naar waar het echt om draait: het bereiken van een waardig bestaan voor iedereen.
We pretenderen niet dat dit tweejarige programma de bestaande armoede voor deze gezinnen oplost. Wat we doen is kijken hoe het anders kan. Door de effecten van een nieuwe aanpak te onderzoeken, met de mensen om wie het echt gaat. Een aanpak die niet gebaseerd is op regels en wantrouwen, maar waarin de mens centraal staat. Want dat dat hard nodig is, zullen ook Tim ‘S Jongers en Laura Batstra onderschrijven.