Deze open oproep vanuit zo’n 100 maatschappelijke organisaties en wetenschappers aan de lijsttrekkers van politieke partijen was deze week in de kranten te lezen. De oproep: reken af met armoede.
Bestaanszekerheid in de verkiezingsprogramma’s
De energiecrisis, wooncrisis en het toeslagenschandaal hebben de blik op armoede doen kantelen. Een steeds grotere groep mensen beseft dat dakloosheid of armoede, met een beetje pech, ook hen kan raken. Als je niet de luxe hebt van spaargeld of een ondersteunend netwerk ben je kwetsbaar. De noodzaak om dit te bestrijden wordt dan ook van links tot rechts onderschreven in de verkiezingsprogramma’s. De term die daarbij gebruikt wordt is: bestaanszekerheid.
Als voorvechters van echte oplossingen van geen thuis, zijn we blij met deze verschuiving. Hoewel het pijn doet dat eerst middengroepen geraakt moeten worden, voordat het omzien naar elkaar breder door de politiek wordt omarmd. Maar het er alleen over hebben is niet voldoende. Bestaanszekerheid draait om het bieden van een voldoende basis om van te leven. De zekerheid van wonen, van inkomen. Het gaat om een land waarin je bestaanszekerheid niet hoeft voor te stellen, maar dat het er is.
Bestaanszekerheid in de praktijk
Spreken over bestaanszekerheid is misplaatst als je de komende jaren wil toewerken naar een bijstand op het sociaal minimum. Het betekent namelijk dat je accepteert dat er gezinnen met kinderen zijn die de komende jaren nog te weinig geld hebben om van rond te komen. Ook de voorwaardelijkheid van werk om mensen ‘de kans te geven’ te voorzien in hun bestaanszekerheid, is misbruik van de term.
Wat ons betreft realiseren we bestaanszekerheid met concrete acties. En gelukkig zijn die voorbeelden er; Housing First biedt dakloze mensen eerst de zekerheid van een woonplek om vanuit daar te werken aan herstel, in plaats van andersom. Het Bouwdepot voor jongeren, Collectief Kapitaal en ons eigen Gewoon geld geven zijn voorbeelden waarin onvoorwaardelijk geld gegeven wordt aan mensen die een financiële basis missen. Er zijn initiatieven waarin mensen worden verlost van langdurige schulden, en initiatieven waar mensen een startbudget krijgen om hun leven opnieuw op te bouwen. Een eerste stap is het centraal stellen en opschalen van deze initiatieven. Maar wat de initiatiefnemers werkelijk beogen is een systeemverandering: het tot de norm maken dat mensen een huis hebben en voldoende inkomen om van te leven.
Samenwerken aan bestaanszekerheid
Nieuw is dit eigenlijk niet: onze naoorlogse verzorgingsstaat is gebouwd op deze uitgangspunten. Cody Hochstenbach laat dat zien in zijn boek ‘Uitgewoond’ waar hij schrijft over de Nederlandse traditie van volkshuisvesting. Ook de AOW en bijstand zijn gestoeld op het idee van een bestaanszekerheid en zelfs een beetje meer. Marga Klompé zei daarover: “de bijstand moet genoeg zijn voor een bloemetje op tafel”. Vooruit naar vroeger (term van Jan Rotmans) is daarom een passende oproep. Laat progressief en conservatief, links en rechts, zich verenigen zodat we echt bestaanszekerheid bieden. Want dat is keihard nodig.
Tekst door Willem van Sermondt