Wethouder Marjolein Moorman (Armoede): “Gezinnen die leven in armoede hebben meer stress, gezondheidsklachten en mentale problemen, juist door voortdurende financiële zorgen. Met een maandelijks extra bedrag, zonder nadere voorwaarden of verplichtingen, kunnen deze gezinnen meer grip op hun leven krijgen. De deelnemende gezinnen uit Nieuw-West, Noord en Zuidoost mogen zelf bepalen waar ze het geld aan besteden: daar bemoeit de gemeente zich niet mee. Zo onderzoeken we hoe de vicieuze cirkel van armoede in kwetsbare gezinnen met kinderen kan worden doorbroken op basis van vertrouwen.”
Armoedebestrijding die wél werkt
Programmaleider Bas Pieck: “Met ons initiatief willen we, door onvoorwaardelijk extra geld te geven aan mensen die dagelijks bezig zijn om financieel te overleven, een nieuw beleid rondom armoede aanjagen. Een beleid dat uitgaat van bestaanszekerheid, vertrouwen en een positief mensbeeld. Er is voor een gemeente lef nodig om aan het initiatief mee te doen, want het betekent dat bestaande structuren doorbroken moeten worden. Gelukkig zien we veel belangstelling voor Gewoon geld geven, ook vanuit andere gemeenten. We gaan dan ook na op welke manier we met alle geïnteresseerde gemeenten een vuist kunnen maken voor een radicaal andere armoedeaanpak.”
Partnerschap met Stichting RCOAK
Dankzij de financiering door Stichting RCOAK, een Amsterdams vermogensfonds dat onder meer de giften aan de 300 gezinnen verstrekt, is deelname van Amsterdam aan Gewoon geld geven mogelijk. Suzanne Kooij, directeur van Stichting RCOAK: “Het RCOAK draagt graag substantieel bij aan dit initiatief, omdat wij – als Amsterdams vermogensfonds met o.a. een focus op armoede – op deze manier wezenlijk bijdragen aan het verlichten van de omstandigheden van Amsterdamse gezinnen in de bijstand. Wij signaleren al een aantal jaar dat veel Amsterdamse gezinnen met een kleine beurs niet meer kunnen rondkomen van hun inkomen. Dat is een zorgelijke trend. Gewoon geld geven is een aanzet tot een oplossing van dit steeds groter wordende maatschappelijk probleem.”