Kiz* (37) is in maart 2024 gevlucht uit Oeganda. In zijn korte tijd in Nederland heeft hij al het nodige meegemaakt. Eerst verbleef hij in een opvang voor vluchtelingen, daarna sliep hij op de bank bij een kennis, toen noodgedwongen op straat en sinds drie maanden verblijft hij in een opvanglocatie voor mensen zonder geldige verblijfspapieren.
‘Ik deel de ruimte met vier andere mannen, afkomstig uit alle delen van de wereld. Iedereen heeft zijn eigen slaapkamer, maar we delen de woonkamer, badkamer, keuken en toilet.’ Kiz, een rustige, goedgeklede man, is blij met zijn gedeelde onderkomen. Hij brengt zijn dagen voornamelijk door met lezen, schrijven en sporten. ‘Ik ben niet zo’n goede kok, dus ik eet veel pasta, fruit en melkproducten. Maar dat is gezond, toch?’
Kiz kwam naar Nederland omdat hij in Oeganda als homoseksuele man altijd over zijn schouder moest kijken. ‘Het was daar niet veilig voor mij’. Wie in Oeganda tot de LHBTIQ+ gemeenschap behoort, riskeert namelijk een levenslange gevangenisstraf of zelfs de doodstraf.
Geen geldige verblijfspapieren
Na zijn vlucht naar Nederland kwam Kiz terecht in de mallemolen van de asielprocedure. Hij hoopt dat het hem gaat lukken om over een tijd een verblijfsvergunning te krijgen, maar op dit moment is hij een zogenoemd ongedocumenteerd persoon, iemand zonder geldige verblijfspapieren.
De eerste periode in Nederland verbleef Kiz in de vluchtelingenopvang. Toen hij daar niet meer kon blijven, kon hij terecht bij een vriend van iemand die hij kende uit de opvang. Ondertussen had hij contact gezocht met een organisatie die mensen zonder verblijfsvergunning begeleidt, en die ging voor hem op zoek naar een woonplek. ‘Het kostte veel meer tijd dan ik had gedacht om onderdak te vinden, dus na een tijdje moest ik weg bij die kennis en belandde ik op straat.’
Slapen onder de brug
Van de bank naar de straat was een hele overgang. ‘Ik bracht mijn dagen door in de openbare bibliotheek of bij een inloophuis voor ongedocumenteerde mensen. Daar kreeg je ontbijt en een warme lunch, maar ze gingen al om drie uur ’s middags dicht, dus daarna vertrok ik dan naar de bibliotheek, totdat ook die ’s avonds zijn deuren sloot.’
‘Soms was ik sterk genoeg om de hele nacht door de stad te lopen. Maar er waren ook nachten dat ik onder de brug sliep, op een plek waar ook andere dakloze mannen verbleven. Ze verwelkomden me, omdat ze mijn situatie begrepen.’ De mannen onder de brug wisselden elkaar af. ‘Ik gebruikte de slaapplek bijvoorbeeld een uurtje of twee, totdat de ander weer terugkwam. Dan ging ik weer rondlopen.’
Hazenslaapjes overdag
Elke nacht was het weer zoeken naar een slaapplek. ‘Het is lastig om een warme en comfortabele plaats te vinden. Dus de meeste nachten liep ik gewoon rond, van de ene plek naar de andere. Of ik ging ergens op een bankje zitten en dan dommelde ik weg.’
Zijn slaap inhalen deed hij overdag. ‘Na het eten in het inloophuis legde ik mijn hoofd op tafel en deed een hazenslaapje. Ook in de bibliotheek deed ik vaak dutjes. Maar daar houden ze niet van slapende mensen, dus ik moest altijd een plek in een hoekje zoeken zodat ze me niet zagen. Of ik moest doen alsof ik een boek las, door het boek voor mijn gezicht te houden. Als ze je zagen slapen, werd je wakker gemaakt.’
Gemakkelijk om je verstand te verliezen
Drie-en-een-halve week leefde Kiz op straat. Een moeilijke tijd. ‘Mensen zien dat je dakloos bent. Ze kijken naar je en zien dat er iets niet klopt, dat je bijvoorbeeld niet zo schoon bent. Ik kon me soms wel ergens douchen en de weinige kleren die ik had wassen. Maar als ze droog waren, pakte ik mijn boeltje weer op en ging ik weer op weg.’
‘Als je op straat leeft, ben je de hele tijd bezorgd en angstig. Ik ook. Ik was de hele tijd aan het piekeren. En elke keer als er een bericht binnenkwam op mijn telefoon hoopte ik dat ze een plek voor me hadden gevonden. In zo’n situatie is het zo gemakkelijk om je verstand te verliezen.’
Van dag tot dag leven
Kiz hield het leven op straat vol dankzij de steun van de organisatie voor mensen zonder verblijfspapieren. ‘Mijn begeleider zei steeds: we vinden onderdak voor je. Hou nog even vol. Weten dat er mensen zijn die hun best doen om je uit die positie te halen, is zo belangrijk. Het geeft je hoop. Iets om naar uit te kijken. Dat is echt anders dan wanneer je dakloos bent en niks meer hebt om naar toe te leven.’
‘Je moet mentaal sterk zijn en positief en hoopvol blijven. Blijven denken: er komt een opvangplek voor me. Als je dat niet doet, kan het heel snel bergafwaarts gaan.’ Kiz leefde van dag tot dag, en doet dat nog steeds. Het is zijn overlevingsstrategie. ‘Als vluchteling houd je het alleen maar vol door niet verder vooruit te kijken dan de dag van morgen. Je bent continu in survivalmode.’
Afleiding om niet vast te lopen
Kiz is bezig een boek te schrijven over zijn ervaringen tot nu toe in Nederland. ‘Alle tegenslagen, de uitdagingen, de ups en downs. Alle complicaties. Hoe slopend en stressvol het kan zijn, hoe sterk je moet zijn om de asielprocedure hier te doorstaan. Ik heb veel mensen zien instorten, verhalen gehoord van mensen die suïcide plegen. Niet iedereen kan de druk aan.’ Schrijven is voor hem een uitlaatklep. ‘Het houdt me bezig. Het leidt me af zodat ik niet helemaal vastloop. En ik lees boeken, veel boeken. Ik kijk documentaires. En ik probeer de Nederlandse taal te leren. Ik probeer mezelf te blijven ontwikkelen.’
*Kiz is een alias. Om veiligheidsredenen gebruiken we niet zijn echte naam, maar die is wel bij ons bekend.