“Waarom geef ik als gemeente bijvoorbeeld liever een fiets dan geld? Dat komt omdat ik het gedrag van mijn inwoners wil sturen en wil voorkomen dat ze het geld ‘verkeerd’ besteden. ‘Anders geven ze het maar uit aan alcohol en tabak’. Er zit een negatief mensbeeld achter. Vaak wordt gedacht dat mensen dat geld verkeerd gaan uitgeven, terwijl blijkt dat de meeste mensen heel verantwoordelijk zijn. Daarnaast bestaat de angst dat het geld in geval van schulden in een keer bij schuldeisers terechtkomt, waardoor mensen zelf eigenlijk niet worden geholpen.”
‘Met mensen gewoon geld geven bereik je meer’
Het armoedebeleid van de overheid moet op de schop. Dat staat in het rapport ‘Eerlijker en eenvoudiger armoedebeleid’ van het Instituut voor Publieke Economie (IPE). Een van de aanbevelingen: maak geld geven makkelijker voor gemeenten. En laat dat nou precies zijn wat we doen bij ons initiatief ‘Gewoon geld geven’. In gesprek met een van de auteurs van het rapport, Jasper J. van Dijk.

Gemeenten geven daardoor liever spullen of tegoedbonnen voor bijvoorbeeld het zwembad of een cultureel uitje dan geld. “Wij zeggen: draai het om. Dus niet beginnen met een wethouder die zegt: ieder kind met een laag inkomen een fiets geven, dat is mooi, dat kan op een poster en dan hebben we een mooi beleid gevoerd. Nee. Leg nu eens echt aan jezelf uit waarom het voor die mensen beter is dat jij ze spullen of tegoedbonnen geeft in plaats van geld. Er zijn natuurlijk situaties waarin spullen of bonnen geschikter zijn, maar in heel veel gevallen kun je misschien beter gewoon wat geld geven, omdat je dan meer bereikt.
Waardeverlies
Niet de paar mensen die het geld verkeerd besteden moeten het uitgangspunt zijn, maar de grote groep die het nuttig besteedt. “Je wilt immers zoveel mogelijk mensen helpen met een regeling. Maar als je allemaal voorwaarden stelt, bijvoorbeeld door het als spullen uit te keren of als tegoeden in plaats van geld, dan wordt het voor iedereen iets minder waard. Want in euro’s doe je er meer mee dan als je het in de vorm van tegoeden of spullen krijgt.”
Dat blijkt bijvoorbeeld uit Amerikaans onderzoek over een specifieke voedselbon. “De onderzoekers vonden dat een voedselbon van 1 dollar voor de ontvanger slechts 80 cent waard is. In andere woorden: mensen zijn bereid om een voedselbon ter waarde van 1 dollar voor 80 cent te verkopen. Dit komt doordat mensen met de bon alleen eten kunnen kopen, terwijl zij het bedrag misschien liever aan huur, vervoer of schoolspullen zouden besteden.”
Onafhankelijke denktank
Jasper J. van Dijk -de J. is belangrijk omdat er bij het IPE toevalligerwijs twee Jaspers van Dijk werken- is een man met een missie. Hij is onderzoeksleider bij de onafhankelijke denktank, die in 2022 is opgericht door drie oud-ambtenaren van het ministerie van Financiën. Het IPE publiceert onderzoek en analyse over economisch beleid. Zo maken ze complexe onderwerpen toegankelijk, brengen ze nieuwe ideeën onder de aandacht, en mengen ze zich in het debat. “In andere landen heb je veel meer een denktankcultuur. Wij zagen ruimte om dat gat te vullen en zo beleid beter te maken.”
Hun rapport ‘Eerlijker en eenvoudiger armoedebeleid’ borduurt voort op het rapport ‘Een zeker bestaan’ deel I en II van de Commissie Sociaal Minimum. “Ons rapport gaat over het armoedebeleid van gemeenten, maar wat daarvoor geldt, geldt ook voor het landelijke beleid: het is super versnipperd en verknipt. Wij vonden maar liefst negentig verschillende regelingen bij 21 onderzochte gemeenten. Rondkomen met weinig geld is al stressvol en kost veel energie. Als je dan ook nog een overheid hebt die jou vraagt allerlei formulieren voor allemaal verschillende toeslagen en regelingen in te vullen, dan maak je het mensen niet makkelijker. Het gevolg is dat mensen geen gebruikmaken van regelingen waar ze wel recht op hebben.”
Wat een regeling kost voor de gemeente of voor de Rijksoverheid is vaak heel snel inzichtelijk. Wat zo’n regeling oplevert aan wat mensen meer te besteden hebben is meestal ook nog redelijk snel inzichtelijk te maken. Maar de complexiteit, het gedoe dat zo’n regel oplevert, is vaak heel ontastbaar.”
Expertiseteam
Bovendien is het huidige systeem oneerlijk, want de regelingen en voorwaarden verschillen per gemeente. Dat weten ook de ervaringsdeskundigen van ons Expertiseteam, bij wie Jasper en zijn collega’s te rade gingen. “Dat was heel fijn. Het helpt om heel concreet te maken wat er misgaat. Wij kunnen in ons rapport wel heel analytisch opschrijven wat er stukloopt, maar juist als je dingen wil veranderen is die combinatie van op systeemniveau uitleggen waarom dit niet goed werkt, en goede heldere voorbeelden geven van mensen die klem komen te zitten door het stelsel dat we hebben, heel overtuigend.”
“Wat een regeling kost voor de gemeente of voor de Rijksoverheid is vaak heel snel inzichtelijk. Wat zo’n regeling oplevert aan wat mensen meer te besteden hebben is meestal ook nog redelijk snel inzichtelijk te maken. Maar de complexiteit, het gedoe dat zo’n regel oplevert, is vaak heel ontastbaar.” Nog een voordeel: de onderzoekers konden direct bepaalde voorstellen voorleggen aan het Expertiseteam. “Als we nou dit element zouden veranderen, wat zou dat voor jullie doen? Zou je dat fijn vinden? Zou je daarmee geholpen zijn of niet? Dat hielp om heel concreet te toetsen wat nou interessante richtingen zijn.”

Drempels en hordes
Een van de voorstellen die het IPE doet: geef mensen nou gewoon geld. Dat klinkt makkelijker dan het is, zo heeft Kansfonds ook ervaren. Het kostte drie jaar om te regelen dat gewoon geld geven geen nadelige consequenties heeft voor de deelnemende gezinnen, maar inmiddels zijn we gestart in de drie gemeenten die aan het programma meedoen: Zaanstad, Tilburg en Amsterdam. “Wat ik heel nuttig vind, is dat jullie alle drempels en hordes waar je tegenaan loopt als je zoiets wil doen inzichtelijk maken. Dat laat zien hoe moeilijk we het met z’n allen gemaakt hebben om mensen wat geld te geven.”
“Dat is eigenlijk ook wat we proberen te doen met ons rapport: laten zien door welke hoepels je als gemeente allemaal moet springen. Aan de ene kant zien we echt wel ruimte voor gemeenten om te vereenvoudigen, maar aan de andere kant willen we ook inzichtelijk maken welke hoepels de Rijksoverheid allemaal opwerpt. Daardoor begrijp je wel dat gemeenten er liever voor kiezen om spullen aan te bieden via allerlei verschillende regelingen. De uitdaging is nu: hoe kom je nou een stap dichter bij een eerlijker en eenvoudiger armoedebeleid dat mensen een stabiele basis geeft?”
Je ziet dat als we dingen willen aanpassen, we dat over het algemeen niet doen door regels te schrappen, maar door regels erbij te maken. En beleid op beleid te stapelen.”
Resetknop
Want waarom ís het allemaal zo ingewikkeld? “Je ziet dat als we dingen willen aanpassen, we dat over het algemeen niet doen door regels te schrappen, maar door regels erbij te maken. En beleid op beleid te stapelen.“
Het kabinet werkt momenteel aan een Nationaal Programma Armoede en Schulden dat in juni klaar moet zijn en ertoe moet leiden dat gemeentelijke regelingen vereenvoudigd worden. Van Dijk hoopt dat de aanbevelingen uit hun rapport worden overgenomen. “Wij zeggen: doe nou wat landelijk kan landelijk en doe lokaal alleen waar maatwerk voor nodig is of waar grote lokale verschillen zijn.“
Hij is zich ervan bewust dat zo’n ommekeer niet van vandaag op morgen gaat. En dat geldt ook voor gewoon geld geven. “Als je geld geven echt makkelijker wil maken, dan hebben we natuurlijk grotere hervormingen nodig. Maar we laten in ons rapport ook zien welke concrete tussenstappen zowel het Rijk als de gemeenten in de huidige situatie al kunnen zetten. Toch denk ik dat het uiteindelijk echt nodig is om weer een keer stevig met de bezem overal doorheen te gaan. We moeten de resetknop indrukken, dat is de enige remedie die ik zie.“
Tekst: Valerie Kierkels, fotografie: Linelle Deunk