Zaanstad was in juni 2021 de eerste gemeente die besloot mee te werken aan ‘Gewoon geld geven’. Later sloten ook Tilburg en Amsterdam zich aan. “Het idee is eenvoudig”, vertelt programmaleider Bas Pieck. “We bestrijden armoede met waar het aan ontbreekt: geld en vertrouwen in de ander.” Gezinnen met een bijstandsuitkering krijgen twee jaar lang 150 euro netto per maand en mogen zelf bepalen waar ze dat geld aan besteden. De uitvoering is echter niet zo eenvoudig. Het kostte drie jaar om te regelen dat dit geen nadelige consequenties heeft voor de deelnemende gezinnen. “We wisten dat het tijd zou kosten, omdat mensen gewoon geld geven een voor Nederland nieuwe aanpak is. Maar dat we zoveel bureaucratische hobbels moesten nemen, hadden we niet helemaal voorzien.”
Overal afspraken over maken
Zaanstad stelde een giftendrempel in van 1.800 euro per jaar voor iedereen met een bijstandsuitkering. Dit om te voorkomen dat ze door giften op hun uitkering worden gekort. Ook is geregeld dat deelnemers de kwijtschelding van gemeentelijke- en waterschapsbelastingen behouden. Pieck: “We hebben doorlopend moeten schakelen omdat het landelijk aan een overkoepelend armoedebeleid ontbreekt. Het grote probleem is dat als je aan de ene kant geld geeft, er ergens anders wel gekort wordt, vanwege alle verschillende regelingen die invloed op elkaar hebben. Daarnaast hebben we ons aan de AVG-regels te houden, ook dat vereist veel afstemming. Maar als we nieuwe oplossingen willen, dan vraagt dat om vasthoudendheid.” Wethouder René Tuijn (armoedebestrijding en schuldhulpverlening): “Ik ben blij dat het onderzoek nu start. Met dit extra bedrag per maand komt er lucht bij gezinnen die al jarenlang de ene klap op de andere te verwerken kregen. Covid, inflatie, hogere energieprijzen; het zorgde er allemaal voor dat het leven steeds lastiger werd. Ik hoop dat ze met dit bedrag van Kansfonds mogelijkheden zien waar het gezin echt blij van wordt.”
Onderzoek
Zaanstad start deze maand, Tilburg en Amsterdam volgen later dit jaar. De komende 2,5 jaar onderzoekt de Hogeschool van Amsterdam de effecten van ‘gewoon geld geven’ op de gezondheid en het geluk van mensen. “Daarom is er ook een vergelijkingsgroep die geen gift van 150 euro per maand ontvangt”, vertelt onderzoeker Mirre Stallen van de Hogeschool van Amsterdam. “De twee groepen zijn nodig om de situaties van de gezinnen echt goed te kunnen vergelijken. Alleen zo kunnen wij meten of extra geld een verschil maakt.” Wie wel 150 euro ontvangt en wie niet, is door loting bepaald. Wel krijgen alle deelnemers aan het onderzoek een vergoeding.
Effecten voor mens en maatschappij
“Uiteindelijk hopen we te weten te komen of meer financiële armslag en vertrouwen helpen om meer grip op je leven te krijgen”, zegt Stallen. “We kijken vooral naar het effect op het welzijn van de ouders, zowel op mentaal als fysiek vlak, en naar hoe het met de kinderen gaat binnen een gezin.” Daarnaast wordt een maatschappelijke kosten- en batenanalyse uitgevoerd door een gespecialiseerd bureau om te kijken wat ‘gewoon geld geven’ de samenleving oplevert in vergelijking met het huidige armoedebeleid. Pieck: “Zo hopen we te komen tot een radicaal andere aanpak van armoede in ons land.”